Hoi thibaut,

Moeilijk om sommige van je vragen te beoordelen vanuit de bureaustoel maar hier een poging:

1)de witte rook: Tweetacten op mengsmering roken altijd, het is de vraag wat voor benzine je gebruikt en hoeveel/wat voor soort olie daar inzit. Het kan ook zijn dat je carburateur een te rijk mengsel doorlaat, hierdoor zakt het vermogen ook aanzienlijk en zou de motor ook kunnen gaan viertakten (overslaan van ontbrandingen). Wanneer ie niet viertakt is je mengsel meestal ok. (soms merk je wanneer je de choke gebruikt bij koude start dat door de extra benzinetoevoer de motor even gaat viertakten)

2)lekkende uitlaat: Er behoord een koperen ring te zitten tussen de cylinder en de uitlaat, zit deze daar? Zo ja is de moer strak genoeg aangedraaid? Ik had dit probleem eerst ook maar het bleek dat de moer niet strak genoeg zat, daarna nooit meer problemen gehad.

3)stationair afslaan: Ik zou eerst eens kijken naar de stationairafstelling. Er zit waarschijnlijk een schroef op de carburateur waarmee je de gasklep hoger of lager kan zetten. Als je motor afslaat kan het zijn dat de gasklep te laag staat wanneer het gas dicht zit. Wanneer de motor stationair loopt moet hij natuurlijk rustig lopen zodat de koppeling niet aangrijpt.

4)Lekkende carb: Waar lekt deze?

5)weinig vermogen: Zoals bij punt 1, een te rijk mengsel geeft vermogensverlies. Een ander belangrijk punt is inderdaad de afstelling van de ontsteking. De motor moet een zekere voorontsteking hebben zodat de ontbranding precies gebeurd wanneer de zuiger op het bovenste dode punt staat. Wanneer dit niet het geval is werkt de motor zichzelf tegen.

Korte omschrijving afstelling: Kijk welke voorontsteking jou brommer moet hebben (waarschijnlijk is dit 2,5 mm of 1,5 mm-andere forumleden misschien duidelijkheid voor zijn type brommer?). Haal het vliegwiel eraf. Daar zit de onsteking onder: je ziet daar o.a. de contactpuntjes. die kun je dan gelijk controleren, als deze een gecorrodeerd oppervlakte hebben of scheef zijn afgesleten, vervangen. Die contactpuntjes dienen, wanneer ze open staan, een ruimte te hebben van 0,4mm (meten met voelermaat). Dat is een kwestie van schroef losmaken, voelermaat tussen de punten en schroef weer vastdraaien. Wanneer dit afgesteld is ga je de vooronsteking afstellen.

Die contactpuntjes worden geregeld door de nok die op de krukas zit. Als je de krukas draait zie je de contacpunten open en dicht gaan, geregeld door een 'bult' op de nok. Die nok zul je met een noktrekker los moeten maken (ze zitten o.h.a. erg vast).
Wanneer dit gebeurd is zet je de zuiger het voorgeschreven aantal millimeters voor het bovenste dode punt (je hebt daar vrij dure zuigerstops voor, ik heb een lange moer gebruikt en daar, in mijn geval, exact per 2,5mm een streep opgezet). Wanneer dit gebeurd is, ga je met de nok draaien precies naar het punt waar je contactpuntjes willen opengaan (dit ontlaat de stroom naar je bougie). Dit komt erg precies, ze moeten echt net op het punt staan om open te gaan. Let hierbij op dat je niet op de een of andere manier de zuiger verplaatst.

Als dit is gebeurd geef je met een houten hamer ofzo een paar kloppen op de nok zodat deze vast zit. De boel weer goed vastdraaien en proberen maar.
Het is best een precies werkje maar wanneer je onsteking goed staat is er al veel gebeurd. Mocht ie dan nog niet lekker lopen kun je naar andere dingen kijken.

Succes, hoop dat je hier wat mee kunt,
Christiaan